Partij voor de Dieren komt op voor oververhit vee

Bewoners van de gemeente De Ronde Venen trokken onlangs bij Partij voor de Dieren werkgroep Utrecht aan de bel: tijdens enkele zeer warme zomerdagen moesten zij aanzien hoe een kudde schapen bijna bezweek aan de hitte. De Partij voor de Dieren ondernam actie en schreef een brief naar de gemeente.

Omwonenden maakten melding van schapen die wanhopig op zoek waren naar verkoeling en schaduw om te schuilen voor de brandende zon. Een van de bewoners: "Hyperventilerend en met de tong uit de mond wankelden de schapen door het weiland, op zoek naar beschutting, al was het maar een klein beetje. De dieren kropen hijgend en met roodomrande ogen bij elkaar in de hoop verkoeling te vinden in elkaars schaduw, want verder was er niets te vinden".
De eigenaren van de schapen huren een stuk land bij de gemeente om het vee te laten grazen. Volgens eigen zeggen verzochten zij de gemeente om toestemming voor het bouwen van beschutting voor hun dieren, net als diverse boeren aan de overkant van de dijk. De gemeente kan volgens de eigenaren van de schapen echter niet aan deze verzoeken voldoen, omdat er op de grond niets gebouwd mag worden en ook het planten van bomen aan strenge regelgeving onderworpen is. Vee hoort op dit soort warme dagen naar binnen gehaald te worden, ook al heeft niet elke veehouder daar de mogelijkheid toe. Het gevolg hiervan is dat koeien, paarden en schapen op extreem warme dagen kunnen bezwijken aan de hitte. Een omwonende: "De huidige regelgeving schiet tekort en ik nam contact op met de Partij voor de Dieren om de gemeente De Ronde Venen om een oplossing te vragen voor dit dierenleed".

Partij voor de Dieren werkgroep Utrecht schreef deze week een brief naar de gemeente om hen te vragen naar structurele oplossingen te zoeken bij temperaturen die de 25 graden overschrijden. De Partij wil er zeker van zijn dat dieren geen last hebben van het warme weer, terwijl zij met een eenvoudige oplossing wél zouden kunnen schuilen voor extreme hitte. De Partij begrijpt dat de gemeente wil voorkomen dat er ‘wildgroei' ontstaat in het landschap, maar er moet een plan gemaakt worden, zodat dieren niet hoeven te lijden onder extreme weersomstandigheden.