De jubileumvoorstelling van de Hoefse toneelvereniging De Opregte Amateur deed al een applaus opklateren voor er een noot gespeeld of een woord gezegd was; dat was voor het decor, dat op werkelijk sublieme wijze een havencafé weergaf, waar het grootste deel van het stuk zich afspeelde.
De toeschouwers – twee maal een uitverkocht huis en een goed gevulde middag – werden ruim drie uur meegenomen in het mysterie van het verloren gegane schip De Vrede, veelal in het café, gerund door de zusters Koning (Anneke Hoogenboom en Monica Boone) en in het tweede bedrijf in het rederijkantoor. Dochter Rosa (Suzan Duivenvoorde) treurt al jaren om het verlies van haar geliefde Arie, matroos op dat schip. Zij was zwanger toen hij vertrok en inmiddels had zij kleine Wim (een overtuigend debuut van Bram Flick); in haar wanhoop roept ze de hulp in van een helderziende (Bep Kandelaar), die echter de zus van de stuurman van het onheilsschip blijkt te zijn en meer weet dan de reder Slagter (Winfried Achterberg) lief is. Maar Slagters huishoudster (Bianca van Kempen) komt ook achter het geheim en probeert haar baas te chanteren, niet om geld, maar om hem tot een huwelijk te strikken. Maar hij laat zich liever de avances van Sascha (Belinda Wahlen) aanleunen, en naar later blijkt niet alleen de hare. In het nauw gedreven moet hij bekennen, dat het schip geen kaas maar mijnen vervoerde in opdracht van de Amerikaanse regering. En dan komt onverwachts blonde Arie (Harry Bakker) ook nog opdraven, die als enige de ramp overleefd had, maar door geheugenverlies jarenlang in den vreemde verbleef. Mede op aandrang van de pastoor (Ronald Wieman, die weet elke rol wat komisch te geven) besluit Rosa toch te kiezen voor de barman van het café (Peter Hogervorst) en weet een journalist (Remco Hogervorst) te vertellen, dat Slagter in feite door de regering misleid is en vrijuit kan gaan.
Eind goed, al goed. Dan speelden er nog een aantal andere verhaallijnen tussendoor: hoe de man van de visverkoopster (Ida Sietsma) aan zijn einde kwam en de rol van de ‘rode’ onderwijzeres (Annet van der Meer). En natuurlijk lustte opa (Peter van Kempen) nog menig borreltje. Met hem had het grime-trio Schuit/Spruyt/Vliet zichzelf overtroffen: hoe een twintiger er overtuigend uitzag als een grijsaard! Het verhaal werd als een musical gebracht en twintig liedjes luisterden het geheel op. Met veel enthousiasme had Charles Rademaker dat deel op zich genomen. Hij presteerde het zelfs om de spelers sommige liedjes tweestemmig te laten brengen, hij had de arrangementen aangepast (lees:verrijkt) en vormde op keyboard samen met Toni van Bemmelen (drums) en Sietse Sietsma (accordeon) de muzikale begeleiding. Ook de techniek was dik in orde, mooie belichting wat best lastig was in een donker café (Dennis Sassen) een duidelijk geluid (Jerry Koeleman; zelfs een galm-rondzingdetector was actief!). Alles viel dankzij de regie van Tiny Pieterse als de stukjes van een legpuzzel fraai in elkaar en zo kan de Opregte Amateur terugkijken op een bepaald niet amateuristische voorstelling!
Aan het slot van de laatste voorstelling maakte voorzitter Patrick de Graaf nog bekend dat in het kader van het jubileum Erna Schuit, Nancy Sassen en Huub van Bemmelen tot lid van verdienste van de vereniging waren benoemd. Waarvan akte!
Geplaatst op: 2 november 2009