Het college van B & W besloot dinsdag 14 juli in te stemmen met een subsidieaanvraag van Zuwe en het Advies- en Steunpunt Huiselijk Geweld (ASHG) om tot een uniforme en adequate aanpak van huiselijk geweld en uitvoering van de Wet tijdelijk huisverbod te komen. De aanvraag heeft met name betrekking op de wijze waarop binnen de provincie Utrecht de hulpverlening wordt geregeld als een huisverbod is opgelegd.
Sinds 1 januari 2009 is de Wet tijdelijk huisverbod van kracht. Deze wet biedt burgemeesters de mogelijkheid om plegers van huiselijk geweld tien dagen de toegang tot hun huis te ontzeggen, met
name in situaties waarin het strafrecht geen mogelijkheid biedt om in te grijpen. Het doel van de wet is om een adempauze te bieden waarin de hulpverlening op gang kan komen voor zowel het slachtoffer als de dader. Voor een effectieve inzet van een huisverbod is het samengaan van maatregelen en nauwe samenwerking nodig tussen gemeente, politie en hulpverlening.
De hulpverlening is in twee opzichten geregeld vanuit de centrumgemeente Utrecht, namelijk via de inzet van Altrecht crisisdienst en via de inzet van het Advies- en Steunpunt Huiselijk Geweld. ASHG voert de regie over de inzet van hulpverlening, gedurende de eerste 10 dagen en gedurende een eventuele verlenging van het huisverbod.
Om te komen tot een gecoördineerde en beheerste inzet van het tijdelijke huisverbod en vroegtijdige inschakeling van de hulpverlening is afstemming binnen de SUW-regio en het district Rijn en Venen essentieel. Het Districtsoverleg Huiselijk Geweld (DOHG) vormt hiervoor een adequaat platform. De gemeenten in de SUW-regio en het district Rijn & Venen moeten voor eigen rekening een Districtsoverleg Huiselijk Geweld (DOHG) regelen. Met honorering van de gezamenlijke subsidieaanvraag van Zuwe en ASHG krijgt de regio/het district de beschikking over zo'n platform.