Gemeente heeft kritiek op saneringsplan voor lawaai van treinverkeer

De gemeente De Ronde Venen heeft kritiek op het concept-saneringsplan voor lawaai van treinverkeer dat door het ministerie van Infrastructuur en Milieu ter inzage is gelegd. De Ronde Venen heeft op 12 augustus, samen met een aantal omliggende gemeenten, een zienswijze ingediend op het concept-plan. Kern daarvan is dat een aantal cijfers waarmee wordt gerekend niet klopt. De gemeente vindt dat inwoners daarmee op het verkeerde been worden gezet.   

Wethouder Anco Goldhoorn (Milieu): ,,In Baambrugge en Abcoude hebben enige tientallen woningen met de gevolgen van dit saneringsplan te maken. De bewoners  en eigenaren verdienen een degelijk en goed onderbouwd onderzoek. Ook moeten ze actief betrokken worden en minimaal geïnformeerd. Dat is helaas niet gebeurd.’’

 

In het concept-saneringsplan, dat tot 16 augustus ter inzage ligt, wordt aangegeven welke woningen in de toekomst niet in aanmerking komen voor geluidwerende maatregelen om geluid van treinverkeer tegen te gaan. Het ministerie baseert zich daarbij op zogenoemde geluidproductieplafonds. Dat is de totale hoeveel geluid die wordt geproduceerd als het maximaal aantal treinen over het spoor rijdt. Uit de praktijk blijkt echter dat het werkelijk aantal treinen dat van het spoor gebruik maakt lager ligt, en dat dus ook het geluidproductieniveau lager ligt. Door uit te gaan van hoge geluidsproductieplafonds, wordt er onnodig een grote claim gelegd op het beschikbare budget voor saneringsmaatregelen. Ook wordt planontwikkeling in de buurt van het spoor gefrustreerd omdat rekening gehouden moet worden met het hoge geluidsniveau.

 

De gemeente heeft ook kritiek op het uitgevoerde akoestisch onderzoek dat een belangrijke basis vormt voor het concept-saneringsplan. Voor dat onderzoek is uitgegaan van een aantal onjuiste of verouderde gegevens. Ook vindt de gemeente dat eigenaren/bewoners van woningen langs het spoor onvoldoende zijn betrokken bij het plan en de bekendmaking daarvan. Het concept-plan is aan het begin van de vakantieperiode (begin juli) gepubliceerd en een algemene bekendmaking heeft alleen in drie landelijke dagbladen gestaan. De gemeente vindt dat de betrokken eigenaren/bewoners persoonlijk geïnformeerd hadden moeten worden. In de ingediende zienswijze dringt de gemeente er bij de staatssecretaris op aan dit alsnog te doen.