Afgelopen zaterdag ontvingen de inwoners in De Ronde Venen een brief van waterleidingbedrijf Vitens. Daarin schrijven zij in 2018 bijna € 70,00 extra in rekening te zullen brengen bij de inwoners. De reden daarvan is de precariobelasting die de gemeente heft. Een storm van verontwaardiging stak op, ook bij veel lokale politici, wat zelfs tot een zogenaamd interpellatie-debat in de raad van gisteren, 21 december, leidde. We geven in dit persbericht de positie van de ChristenUnie-SGP weer.
Direct op zaterdag werden we door inwoners hierover benaderd. Uiteraard hadden we zelf de brief (als inwoner ontvangen) al gelezen. Kennelijk was de alarmbel bij andere fracties ook geluid, want op zondag gingen de appjes al rond (waar we maar even buiten gebleven zijn).
Eerlijk gezegd is de commotie bij onze collega-politici nogal bijzonder; enige nuchterheid lijkt ons wel gepast. Toen we eind 2015 het besluit namen, wisten we (of konden we weten) dat de hogere kosten door de nutsbedrijven doorberekend zouden gaan worden. Dat is feitelijk in de begroting destijds ook al zo verwoord. Alleen wisten we niet het exacte bedrag. Dat valt nu hoger uit. Daarbij merken we wel op dat de door Vitens genoemde € 69,18 een doorbelasting is over twee jaar (bedrag per jaar is dus ca. € 35,00).
Voor ons was van belang om eerst de feiten eens rustig op een rijtje te zetten voordat we iets gaan roepen. Daarom hebben we maandagavond een aantal vragen aan het college geformuleerd (zie bijlage bij dit bericht). In de beantwoording vallen ons op:
1) De verrekening naar gebruikers verloopt bij Vitens anders dan bij Stedin. Waar Stedin omslaat over de het hele verzorgingsgebied, belast Vitens alleen in die gemeenten die ook precario heffen.
2) De werkelijke belasting door de gemeente aan Vitens blijkt bijna anderhalf keer zo groot te zijn dan door de gemeente in haar eigen begroting opgenomen. Of dat bij Stedin ook zo is, is niet aangegeven in de antwoorden.
In het debat hebben we nadrukkelijk gevraagd of we onderscheid kunnen maken tussen Vitens en Stedin. Het college geeft in haar antwoorden aan, dat dit niet zou kunnen (gelijkwaardigheid), maar wij hebben begrepen, dat in een aantal andere gemeenten dat wel zo wordt gedaan. In dat geval zouden we ervoor kunnen kiezen om wel bij Stedin (vanwege de verevening in het hele verzorgingsgebied) maar niet bij Vitens (voorkomen rondpompen van geld) te heffen. We zullen hier aanvullende vragen over stellen om dit uit te
zoeken. Mocht dat niet kunnen, dan zou in ieder geval nog eens goed gekeken moeten worden naar het vastgestelde bedrag dat we teruggeven ten opzichte van de werkelijke opbrengsten (ook bij de heffing aan Stedin).
Dat heeft dan uiteraard wel consequenties voor de teruggave van een deel van het precariogeld aan de inwoners via de gemeentelijke aanslag, waartoe de raad afgelopen november heeft besloten.
We zouden kunnen besluiten om per direct te stoppen, maar dat heeft twee nadelen:
1) Het slaat een gat van ca 1,5 miljoen euro per jaar in onze begroting. Met het oog op de ca 15 miljoen euro (voor de eerst vier jaar, ruim 30 miljoen op lange termijn) die nodig is voor het op peil brengen van ons wegennet, lijkt ons dat niet verstandig.
2) We blijven dan, via Stedin, meebetalen aan precario-inkomsten van andere gemeenten waar De Ronde Venen, noch haar inwoners, iets voor terug ziet.
Vanuit de coalitie is aangegeven dat men in januari met een initiatiefvoorstel komt. We wachten dat eerst af en zullen dat op haar inhoud beoordelen.