Per 1 januari heeft de gemeente De Ronde Venen zich aangesloten bij het Recreatieschap Stichtse Groenlanden. Bij die aansluiting is gekozen voor een apart programma voor de Vinkeveense Plassen. En is afgesproken de financiering van dit programma los te zien van de financiering van de andere ontwikkelingen van het recreatieschap. De bijdrage van de gemeente De Ronde Venen gaat daarom niet omhoog, maar blijft, zoals afgesproken, gelijk.
Het recreatieschap Stichtse Groenlanden beheert naast de Vinkeveense Plassen ook recreatiegebieden als de Maarsseveense Plassen, Strijkviertel, Salmsteke en het Oortjespad. Het schap wordt gefinancierd en bestuurd door de provincie Utrecht en de gemeenten De Bilt, Houten, Lopik, Nieuwegein, Utrecht, Woerden, IJsselstein, Stichtse Vecht, en sinds 2018 dus ook door De Ronde Venen.
Werken aan de toekomst van de Vinkeveense Plassen
Na uittreding van de gemeente Amsterdam uit het oude recreatieschap Vinkeveense Plassen heeft de gemeente De Ronde Venen zich aangesloten bij het recreatieschap Stichtse Groenlanden. Bij de uittreding van Amsterdam zijn er financiële afspraken gemaakt om de Vinkeveense Plassen als aantrekkelijk recreatief gebied achter te laten en over te dragen. Punt van zorg was de onderhoudsachterstand van met name de legakkers en de zandeilanden. Beide gemeenten en de provincie Utrecht hebben destijds afgesproken de onderhoudsproblemen duurzaam op te lossen. Zij dragen daar alle drie ook financieel aan bij.
Een apart programma vanuit recreatieschap Stichtse Groenlanden
Dit aparte programma voor de toekomst van de Vinkeveense Plassen is bij de overdracht naar Stichtse Groenlanden ook apart gefinancierd. De aangesloten gemeenten willen geen risico lopen voor dit programma. Maar dit geldt ook andersom. Voor het programma voor andere recreatiegebieden van Stichtse Groenlanden vraagt het recreatieschap nu meer geld. Daarom moet bij de andere gemeenten de bijdrage omhoog.
Met de aansluiting van de gemeente De Ronde Venen bij Stichtse Groenlanden wordt schaalvoordeel behaalt en blijft het beheer en onderhoud van de recreatiegebieden bij Recreatie Midden Nederland.