De Nederlandse overheid zit in een uitdagende spagaat als het gaat om het gokbeleid. Enerzijds wil men grip houden op de maatschappelijke gevolgen van gokken, zoals geldzorgen. Aan de andere kant spelen economische belangen mee, bijvoorbeeld de inkomsten uit Holland Casino, dat nog steeds in handen van de staat is. Met de groei van online gokken en de veranderende maatschappelijke houding ten opzichte van kansspelen is duidelijk dat het tijd is voor een frisse blik.
Tijd voor modernisering
Het huidige gokbeleid voelt een beetje als een stofjas uit de jaren zeventig: degelijk, maar niet echt passend meer.
We leven inmiddels in een digitale wereld waar je met één klik op de knop toegang hebt tot talloze goksites, vaak vanuit je luie stoel. Die snelle toegang brengt risico’s met zich mee, vooral voor kwetsbare groepen zoals jongeren.
Je hebt aan de ene hand Nederlandse goksites, die onder de Kansspelautoriteit en het CRUKS (Centraal Register Uitsluiting Kansspelen) vallen. Beveiligd door de overheid, maar zwaar beperkt qua promoties, spelaanbod, betaalmethoden en veel meer.
Hierdoor wijken steeds meer Nederlandse spelers uit naar een kwalitatieve goksite zonder Cruks. Tessa Blokpoel van Cryptonews wijst op het feit dat dergelijke online casino’s hogere bonussen, snellere registratie, meer spellen en meer privacy bieden – erg aantrekkelijk voor moderne spelers.
Hoe strenger het gokbeleid in Nederland wordt, hoe meer spelers uitwijken naar minder rigide opties.
De overheid kan daar niet meer omheen. Daarom is staatssecretaris Frank Struycken aan de slag gegaan met plannen om het beleid te herzien. De deadline? Maart 2025. Tijd genoeg, zou je denken, maar met alle betrokken belangen belooft het een pittig traject te worden.
Wat te doen met Holland Casino?
Een van de hete hangijzers is de rol van Holland Casino. Tot nu toe heeft het staatsbedrijf een quasi-monopoliepositie op fysieke gokactiviteiten, maar daar wordt nu stevig aan getrokken.
Waarom zou de overheid eigenlijk eigenaar moeten blijven van een casino? Die vraag stellen steeds meer politici zich hardop. Michiel van Nispen van de SP gooide de knuppel in het hoenderhok door te suggereren dat privatisering misschien wel een betere optie is. Struycken lijkt die deur op een kier te zetten, maar hij blijft voorzichtig.
Privatiseren kan voordelen hebben, zoals meer concurrentie en een gevarieerder aanbod voor de consument. Maar er zijn ook risico’s.
Een commerciële partij zal zich waarschijnlijk minder bezighouden met de sociale gevolgen van gokken. En dan is er nog de vraag: wat gebeurt er met de inkomsten die nu naar de schatkist vloeien? De afweging is dus complex.
Het feit dat Holland Casino al een tijdje op zwart zaad zit en op een financiële ramp afstevent wegens het falende beleid van de overheid, speelt wellicht ook een kleine rol in deze kwestie.
Gokbelasting in de schijnwerpers
Ondertussen hangt ook de gokbelasting als een donkere wolk boven de sector. Begin 2025 zal deze worden verhoogd van een reeds robuuste 30,5% naar 34,2%, om dan in 2026 naar een astronomische 37,8% te gaan.
Een hogere belasting klinkt misschien logisch – het levert de overheid meer op en ontmoedigt excessief gokken – maar het kan ook tegenwerken.
Holland Casino waarschuwt al lang dat een belastingverhoging ervoor kan zorgen dat vestigingen moeten sluiten of dat de online tak niet meer rendabel is – een situatie die in 2024 gestaafd werd door rode cijfers.
Belangenverenigingen zoals de NOGA trekken al jarenlang tevergeefs aan de alarmbel, maar de overheid blijft onverklaarbaar toch doorgaan met hun strengere beleid en hogere belastingen.
Kortom, zo kan het duidelijk niet blijven duren. De toekomst van de online gokmarkt staat op het spel, dus het beleidsvoorstel van Struycken zal in grote mate bepalen hoe we als land omgaan met gokken.
Bron: Ingezonden stukken
Inschrijven nieuwsbrief
Alle velden zijn verplicht
Je gegevens: