OM eist 16 jaar cel voor mislukte liquidatie Harbour Club Vinkeveen waarbij schutter zelf werd gedood

Wat ging er vooraf aan de dodelijke schietpartij op de parkeerplaats van de Harbour Club in Vinkeveen, acht maanden geleden? Die vraag stond centraal bij de rechtszaak tegen een van de twee mannen die in de vroege ochtend van zondag 6 maart het vuur openden op een man die een feest in de club bijwoonde. Bij de schietpartij raakte de aanslagpleger zelf gewond. Een dag later overleed deze 26-jarige J. van B. in het ziekenhuis.

Tekst: RTV Utrecht

De 21-jarige H.A. uit Lelystad was de chauffeur tijdens de schietpartij en regelde volgens het Openbaar Ministerie de automatische wapens waarmee Van B. op de man bij de club schoot. De officier van justitie eist 16 jaar gevangenisstraf tegen hem. Ook zou hij de slachtoffers een schadevergoeding moeten betalen. Het doelwit van de aanslag raakte ernstig gewond en ook een bezoeker van het feest werd door een kogel getroffen.

Alles op beeld vastgelegd

De liquidatiepoging en de daaropvolgende schotenwisseling is tot in detail vastgelegd door de vele beveiligingscamera's rond het evenementencomplex aan de Groenlandsekade in Vinkeveen. De beelden werden in de rechtszaal vertoond en gaven een duidelijk beeld van wat zich op het parkeerterrein voor de Harbour Club had afgespeeld.

Lees ook: Beelden van schietpartij Vinkeveen, van een van de verdachten is de toestand 'zorgelijk'

H.A. en zijn medeverdachte Van B. staan al bijna vijf uur op wisselende plekken op de parkeerplaats te wachten als hun doelwit naar buiten komt. Als de man wegloopt, rent Van B. met een automatisch wapen in zijn handen achter hem aan. Hij lost vijf schoten, maar raakt de man niet. Een toevallig voorbijlopende feestganger wordt wel getroffen. Als het wapen vervolgens weigert, slaat Van B. zijn slachtoffer er mee op het hoofd.

Schutter zelf geraakt

Van B. rent vervolgens terug naar de auto, gooit het weigerende wapen op de bijrijdersstoel en pakt een zwaarder exemplaar om het karwei af te maken. Maar zijn slachtoffer heeft inmiddels ook een vuurwapen in handen en schiet terug. Van B. springt terug in de auto en ze rijden naar de slagbomen bij de uitgang. Daar lost Van B. nog een salvo.

Vervolgens rijdt H.A. met de auto achteruit terug naar de ingang van de club. Als Van B. vanuit het raam vanaf de achterbank opnieuw vuurt, wordt hij zelf in zijn hoofd geraakt door de man die hij wilde liquideren. H.A. rijdt met zijn gewonde kompaan naar een ziekenhuis in Amsterdam. Van B. blijkt echter niet meer te redden en overlijdt een dag later.

Zwijgen

De verdachte uit Lelystad heeft maandenlang gezwegen over de verdenkingen aan zijn adres. In de rechtszaal beweerde hij vandaag dat hij geen idee had wat Van B. van plan was die bewuste nacht. Omdat hij bang voor zijn medeverdachte was, had hij geen vragen durven stellen. Toen hij tijdens de schietpartij wilde wegrijden, zou Van B. hebben gedreigd hem dood te schieten.

De officier van justitie gelooft niets van de verklaringen van de man uit Lelystad. Zijn dna zit op beide automatische wapens, bij een van de twee ook op de trekker. Op zijn handen zaten schotresten. Uit afgetapte gesprekken en berichten op zijn telefoon is volgens het OM af te leiden dat hij de wapens heeft geregeld en getest.

Verder verwisselde A. vlak voor de aanslag de SIM-kaart in zijn telefoon en werden op het parkeerterrein in Vinkeveen kentekenplaten van een andere auto gestolen en op de zwarte Mercedes van de verdachte gezet.

Verrotte wereld

"Het is uitzonderlijk dat een liquidatiepleger zelf wordt doodgeschoten", begon de officier van justitie zijn samenvatting van de zaak. Schutter Van B. was op de fatale avond 26 jaar oud, zijn was vriendin hoogzwanger. Drie dagen na zijn dood werd Van B. vader, vertelde de officier.

Hij sprak van een crimineel conflict dat op straat werd uitgevochten. Het vermoeden bestaat dat de aanleiding een conflict in de drugswereld was. Volgens de officier "een door en door verrotte wereld die niets dan ellende zaait". Hij deed voor het uitspreken van zijn strafeis een beroep op A. om openheid van zaken te geven, maar die wilde niets meer verklaren.

De rechtbank neemt iets langer dan gebruikelijk om tot een vonnis te komen en doet op 12 december uitspraak in de zaak.