De Ronde Venen en Abcoude laten één miljoen rijksgeld ongebruikt liggen

De gemeente De Ronde Venen en de gemeente Abcoude zijn wettelijk verplicht om iedereen aan het maatschappelijk verkeer te laten deelnemen. Dit wordt participatie genoemd. Voor 2009 was voor de beide gemeenten gezamenlijk bijna 2 miljoen euro beschikbaar door het Rijk. Maar uit een overzicht van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid valt op te maken dat slechts de helft van het beschikbare geld is gebruikt. Het zou gaat het om ruim één miljoen euro over de jaren 2008 en 2009. Dit blijkt uit de gegevens van de zogeheten Kernkaart Werk en Bijstand 2009. Vooral bij de re-integratie lijkt geld niet te worden uitgeven. Anco Goldhoorn (Ronde Venen Belang) en Jan Rouwenhorst (CDA) hebben het college van burgemeester en wethouders van de gemeente De Ronde Venen om opheldering gevraagd. "We hopen dat we het mis hebben", aldus beide raadsleden.

Zowel de gemeente De Ronde Venen als de gemeente Abcoude kent relatief gezien weinig mensen in de bijstand. Kort geleden heeft het College van De Ronde Venen een overzicht gegeven van het aantal mensen dat een bijstandsuitkering heeft. Het betreft hier ongeveer 300 personen. De helft daarvan is toe te leiden naar werk, de andere helft niet, vanwege psychische problemen of persoonlijke moeilijkheden van andere, uiteenlopende aard. De mensen die niet naar gewoon betaald werk toe te leiden zijn, moeten ook aan het maatschappelijke leven meedoen. Dat is een wettelijke plicht van de gemeente. In de Ronde Venen zijn hiertoe diverse initiatieven ontwikkeld. Eén voorbeeld daarvan is De Kweektuin, waar mensen een zinvolle dagbesteding kunnen vinden. Over de Kweektuin is de laatste tijd uitgebreid in de gemeenteraad gesproken. Dit samenwerkingsverband zou in opdracht van het college na een proefperiode zijn beëindigd, mede omdat het relatief veel geld zou kosten.

Maar na uitgebreide discussie zegde wethouder Van Breukelen toe dat de gemeente de samenwerking met De Kweektuin juist voortzet. De kosten voor deelname van cliënten aan projecten, zoals De Kweektuin, kunnen betaald worden uit het zogeheten Participatiefonds. Met het Participatiefonds kan de gemeente namelijk de budgetten voor scholing, inburgering en re-integratie combineren. Voor de gemeente betekent dit een eenvoudiger regelgeving en administratie. Voor cliënten is het grote voordeel dat de gemeente hen maatwerk kan bieden.

Achtergrond van de cijfers
Jan Rouwenhorst: "Al voor de discussie over De Kweektuin hebben we de mogelijkheden onderzocht. Welke initiatieven kan de gemeente nemen en welk scala aan mogelijkheden kan benut worden. Zo hebben we ook goed kennis genomen van de informatie op de website van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en daar zijn we wijzer van geworden".

Op die website staat namelijk dat de Wet werk en bijstand (WWB) gemeenten de mogelijkheid biedt om eigen beleid te ontwikkelen op het terrein van re-integratie/activering en bijstandsuitkeringen. Het is de gemeenteraad die de hoofdlijnen van het gemeentelijke beleid in een beleidskader vastlegt en daarbinnen de prioriteiten bepaalt. Vervolgens controleert de gemeenteraad of het College van Burgemeester en Wethouders dit beleid in de praktijk goed uitvoert. Om deze belangrijke rol van de gemeenteraad te ondersteunen, publiceert het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid per gemeente een overzicht van de bereikte resultaten. Dat gebeurt vanaf 2005. Het laatste overzicht gaat over het jaar 2009."
Anco Goldhoorn: "Deze informatie was voor ons nieuw, maar de wethouder en zijn ambtenaren moeten toch van deze informatie op de hoogte zijn? We willen de uitkomsten van het Ministerie gekoppeld zien aan de gegevens die het College ons verstrekt. Daar mag geen ruimte tussen zitten. We willen dus meer helderheid in de achtergrond van de financiële gegevens, die verstrekt worden. Het zou jammer zijn als zou blijken dat we geld overhouden omdat er te weinig wordt gedaan voor bepaalde groepen."

Resultaten kernkaart
De Kernkaart van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid is een jaarlijks overzicht van de belangrijkste resultaten in de uitvoering van de Wet Werk en Bijstand (WWB).
Abcoude sloot 2009 af met een overschot van ruim een kwart miljoen euro en voor De Ronde Venen geeft het Ministerie aan dat het om bijna één miljoen gaat, dat niet besteed is.

Er is door de beide gemeenten dus veel minder aan bijstand en re-integratie uitgegeven dan het toegekende budget van de rijksoverheid.

Jan Rouwenhorst (CDA): "De eerste indruk is dat er sprake is van zogeheten onderuitputting. Is er minder uitgegeven dan mocht of moest? De grote vraag is of we als gemeente kwetsbare mensen in een moeilijke positie niet tekort doen. Daar wil ik graag een klip en klaar antwoord op. Het kan toch niet zo zijn dat elke bestuurslaag een eigen uitleg geeft aan objectieve getallen en we te horen krijgen dat de cijfers van de gemeente en het Ministerie niet met elkaar in verband kunnen worden gebracht."

Anco Goldhoorn sluit zich daarbij aan: "In de begrotingsbehandeling voor 2010 is door de fractie van Ronde Venen Belang gevraagd om beschikbare middelen uit het participatiefonds maximaal te benutten. Helaas is de gemeente er niet in geslaagd echt beleid te ontwikkelen".

Jan Rouwenhorst: "Wij kunnen ons niet aan de indruk onttrekken dat de aandacht van de gemeente vooral uit gaat naar mensen die betrekkelijk makkelijk en snel naar betaald werk toe te leiden zijn. Hiervoor zijn contracten met re-integratiebedrijven afgesloten. De grote groep die niet naar betaald en ongesubsidieerd werk toe te leiden is, mag echter niet aan haar lot worden overgelaten. Ik wil graag aangetoond zien dat de gemeente daarvoor echt alles op alles zet."

Anco Goldhoorn: "Wij zijn allebei van mening dat in de nieuwe gemeente echt werk gemaakt moet worden om iedereen te betrekken bij het maatschappelijk leven. En dat is goed mogelijk als op een adequate en creatieve manier optimaal gebruik gemaakt wordt van alle beschikbare budgetten. Daar wil Ronde Venen Belang zich in de nieuwe gemeenteraad sterk voor maken. Ik hoop echt dat we uit de cijfers van het Ministerie niet hoeven te concluderen dat er sprake is van gemiste kansen."