Extra geld voor Rondeveense speelruimte
In het huidige speelruimtebeleid streeft de gemeente ernaar om de speelvoorzieningen gelijkmatig over de wijken te verdelen. Door de verhoging kan dit worden voortgezet. En is er daarnaast voldoende budget om de speeltoestellen te onderhouden, repareren of vervangen indien nodig. Met het extra geld blijven de bewegingsmogelijkheden voor de kinderen in tact.
Voor het bepalen van de speellocaties wordt gekeken naar de afstand die een kind vanuit de woning moet afleggen om een speellocatie te bereiken. Deze zogeheten Actieradius methode houdt ook rekening met de leeftijd van kinderen; voor jongere kinderen wordt een kortere afstand tot de speellocatie gerekend. Tevens wordt rekening gehouden met de bereikbaarheid; drukke wegen en sloten vormen barrières voor kinderen.
In het huidige speelruimtebeleid, dat dateert uit 2003, waren enkele schattingen opgenomen en waren de financiële gevolgen van bijvoorbeeld onderhoud en vervanging van speeltoestellen niet goed te overzien. Na inventarisatie is een herberekening gemaakt van het benodigde budget. Daaruit blijkt dat een structurele verhoging van € 52.919 nodig is om het huidige beleid te handhaven. Met een aanpassing in de begroting en uitgaande van een gemiddelde levensduur van 15 jaar voor een speeltoestel, zal rond 2018 het uiteindelijk gewenste aantal speellocaties worden bereikt. Dat wil zeggen: voor kinderen tot 6 jaar zijn dat 111 speellocaties, 37 speellocaties voor kinderen tussen 6 en 12 jaar en 27 speellocaties voor kinderen van 12 jaar en ouder.