Dat de verwachtingen hoog gespannen waren voor de jubileumvoorstelling van “de Opregte Amateur” bleek al uit de run op de kaartjes in de voorverkoop. Met twee compleet uitverkochte voorstellingen en een matinee, waarbij de zaal ook bomvol zat, bereikte de club een record van meer dan 650 toeschouwers. Met alle spelers actief, een muzikale begeleiding, een eigen choreografie trok de Hoefse toneelvereniging dan ook alle registers open en trakteerde de aanwezigen op een maar liefst bijna drie uur durende wervelende show.
Voor het 45-jarig bestaan was gekozen voor de musical Ja Zuster, Nee Zuster, op tekst van Annie M.G. Schmidt in de bewerking van Pieter van de Waterbeemt en met de onvergetelijke liedjes van Harry Bannink. Op een aantal van die liedjes was door Joey Bakker een eigen choreografie gemaakt, die qua bewegingen goed aansloot bij de inhoud van de liedjes, zodat er ook dansacts waren op het podium. Dat was een primeur voor de acteurs, die dan ook al vanaf januari in training daarvoor waren. En gezegd moet worden, dat Joey een megaprestatie heeft geleverd: de vonken spatten er tijdens de uitvoeringen vanaf! Maar liefst 20 liedjes zaten in de show verwerkt, waaronder natuurlijk de klassiekers als “de Kat van Ome Willem”, “In een rijtuigie”, “M’n Opa”, “Duiffies”, “Op de Step” en het lied, waarmee de musical opende en sloot: ”Ja, Zuster, Nee Zuster”. De muzikale begeleiding was in de vertrouwde handen van Charles Rademaker; ook hij was vanaf het begin bij de productie betrokken en was medeverantwoordelijk voor het succes. De toeschouwers zongen de bekende strofen volop mee (de competitie van de meeste decibellen werd door de vrijdagavond gewonnen). De show was een goede mix van dolle uitbundigheid (“Van Wisni naar Novgorad”) via groteske parodie (“Geld”) en valse droefenis (“De Oude Jacob”) tot ingetogenheid (“je hebt gelogen, Gerrit”) en dan kwam ook de buitenlandproblematiek nog aan de orde (“Stroei Voei”) van bovenaf een tafel(!). Het verhaal van het rusthuis van Zuster Klivia draaide zoals bekend om twee thema’s: de pogingen van buurman Boordevol om de inwoners het huis uit te zetten en de ‘bekering’ van inbreker Gerrit. Met als apotheose voor de pauze het mislukte diner bij de buurman en na de pauze de ontmaskering van mevrouw de Kneu.
Driemaal een staande ovatie was de terechte beloning voor De Opregte Amateur, de vereniging uit het kleine De Hoef die in staat is tot grote hoogten te kunnen groeien. De eindregie was in handen van Carel Nieber, die met dit hoogtepunt zijn regieperiode bij De Opregte Amateur afsloot.